2017-04-05

Inner City Pressure

Onze laatste weekjes in Nieuw-Zeeland - we kunnen nog steeds niet geloven dat het hier zo snel gegaan is. Om het hier in schoonheid (en analogie) af te sluiten, konden we opnieuw genieten van wat stormweer verspreid over de laatste twee weken. Het deed ons terugdenken aan het begin van onze reis, toen we noodgedwongen in Dunedin het ergste van een storm moesten uitwachten. Mocht je dat al vergeten zijn (of nog eens al onze avonturen in Nieuw-Zeeland van het begin wil nalezen): klikkie, klikkie.

Zaterdag 25 maart viel het allemaal nog redelijk mee en konden we 's ochtends richting Hot Water Beach gaan. Dat krijgt z'n naam door twee ondergrondse warmwaterbronnen die op enkele meters van de kustlijn hun ding doen. Als het eb is, grijp je de dichtstbijzijnde schop, graaf je een kuil in het natte zand (niet eenvoudig, aangezien het natte zand continu niet-Newtoniaansgewijs1 terugstroomt) en plof je erin neer terwijl je hoopt dat het warme water zich een weg naar je mini-jacuzzi baant.

Na een uurtje te weken, probeerden we alle zand uit alle huidplooien weg te krijgen en reden we verder richting Hahei voor een wandeling naar Cathedral Cove: een baai met als grootste attractie een grot die twee baaien met elkaar verbindt (zijnde Cathedral Cove en Mare's Leg Cove). Sommigen onder jullie zullen de grot misschien herkennen aangezien deze dienst gedaan heeft in één van de Chronicles of Narnia films en in de muziekvideo voor Macklemore's Can't hold us.

De dag nadien stond er een forse dagwandeling op het programma door de Kauaeranga Valley dus vertrokken we vroeg in de ochtend richting het visitor centre dicht bij de start van de trail (op het einde van enkele kilometers onverharde weg). Toen we daar aankwamen kregen we echter minder goed nieuws te horen (of te lezen): de volledige vallei was afgesloten voor het publiek omwille van overstromingsschade.

Er zat dus niets anders op dan onmiddellijk verder te rijden richting Waipu - onze eerste stop op het stukje schiereiland ten noorden van Auckland. Daar moesten we de rest van de dag (en nacht) hevige regen uitwachten: uitsmijters van storm Debbie die ten oosten van Australië en ten noorden van Nieuw-Zeeland aan het vormen was.

Maandagochtend kregen we gelukkig nog enkele uurtjes zonneschijn, waar we gretig gebruik van maakten om een wandeling langs de kliffen bij Waipu te maken.

In de namiddag gingen de hemelsluizen opnieuw open en werden we verplicht om nogmaals beschutting op te zoeken.

's Anderendaags stapten we nog de Waipu Caves Track af: een korte wandeling met een accuut gebrek aan grotten die des te lastiger was door de laffe warmte die bijna tastbaar in de lucht hing. Het leek even alsof we in een Belgische zomer verzeild geraakt waren!

De enige grot die we binnen konden gaan was jammer genoeg niet volledig te verkennen zonder gespecialiseerde uitrusting, dus het duurde niet lang vooraleer we opnieuw in Duffy zaten en richting Whangarei reden, waar we de rest van de dag probeerden af te koelen.

De volgende dag konden we ons opnieuw opwarmen met een wandeling naar de top van Mount Manaia. Een korte, maar fikse klim die op het einde beloond wordt met een prachtig uitzicht op de baaien van de Whangarei Heads.

Daarna reden we verder tot in Paihia aan de oevers van de Bay of Islands. Onze kampeerplaats kon niet dichter bij het water liggen - we vreesden zelfs even dat we verplicht gingen moeten pootje baden, maar het tij was zo vriendelijk om net op tijd te stoppen.

Donderdag beslisten we om eens te testen of onze fietsspieren nog in orde waren na onze fietssaga op de Britse eilanden2. We huurden een stel fietsen en reden een stuk van de Twin Coast Cycle Trail af.

Gelukkig bleek alles nog in orde te zijn met onze tweebeenaandrijving - het leek ons zelfs een beetje té gemakkelijk te zijn. We waren al druk bezig met plannen voor een nieuwe fietsvakantie, alhoewel de fietspoortjes die we tegenkwamen wat traumatische herinneringen naar boven brachten. Er door gaan ging alleszins veel vlotter zonder de loodzware panniers aan de fiets.

De dag nadien haastten we ons 's ochtends vroeg naar de kaai voor een tour door de Bay of Islands. We waren de haven nog maar net uit en kregen onmiddellijk een leuke verrassing: een groep dolfijnen die in het warme water van de baai aan het rondzwemmen waren.

De rest van de voormiddag werden we langs verschillende eilanden gebracht tot we bij de Hole in the Rock kwamen. Veel uitleg is hier niet nodig: het is een gat in een rots. En alhoewel het redelijk groot is, was het toch even spannend toen we er doorheen vaarden.

Daarna keerden we om en gingen we via een andere zijde van de baai terug. Op de terugweg zagen we nog een eenzame zeeleeuw (onze laatste in Nieuw-Zeeland) zonnebaden op de rotsen.

We meerden ook aan bij het eiland Urupukapuka voor een barbecue-lunch. Voor we de boot opnieuw op moesten om terug te keren, stapten we nog snel even een heuvel op het eiland op voor wat mooie vergezichten.

Zaterdag 1 april brachten we een bezoek aan de Waitangi Treaty Grounds: de plaats waar in 1840 een overeenkomst getekend werd tussen de Maori en de Britten. Die overeenkomst zorgde voor de huidige situatie, waar Nieuw-Zeeland onder heerschappij van de Britse monarchie valt, maar zorgt tot op de dag van vandaag ook nog voor veel problemen: sommige Maori blijven ijveren voor meer zelfstandigheid - iets dat in de vertaling van de overeenkomst in het Maori veel prominenter aanwezig was.

Tijdens de rondleiding konden we Ngātokimatawhaorua bewonderen: een ceremoniële waka (of oorlogskano) die elk jaar tijdens Waitangi Day (de nationale feestdag) nog eens te water gelaten wordt. Er zijn minimum 76 peddelaars nodig om het ding onder controle te houden en vooruit te doen gaan en er is plaats voor zo'n 140 mensen in totaal.

Na de rondleiding werden we nog getrakteerd op een cultureel optreden dat ons kennis liet maken met de muziek en tradities van de Maori. Ik moest me daar even laten gelden of ik was Lien kwijt aan een getatoeëerde kerel die uit beter hout gesneden is dan ik.

Daarna was het opnieuw Duffy-tijd en reden we noordwaarts om onze drang naar uiterste punten te stillen. We sliepen op de meest noordelijke camping in Nieuw-Zeeland om de ochtend nadien een bezoekje te brengen aan Cape Reinge: het meest noordelijke punt van het noordereiland (en dus van heel Nieuw-Zeeland). Jammer genoeg werden we omsingeld door mist en konden we de samenvloeiing van de Tasmaanse Zee en de Pacifische oceaan nét niet zien.

De rest van de dag vulden we met het afwandelen van de Twilight - Te Werahi loop track.

We stapten over groene weides naar zandduinen tot aan het strand, waarna de wandeling over gestolde lava ging en via dezelfde landschappen terug naar de start ging. Op sommige plaatsen was de bewegwijzering minder dan ideaal en moesten we op goed geluk door wat dichte begroeiing stappen om terug te raken aan iets wat op een pad leek.

Daarna begonnen we aan de rit terug richting Auckland. Maandag en gisteren reden we zuidwaarts om uiteindelijk - met een korte stop in het Waipoua Forest - aan te komen in Auckland.

Gisteren en vandaag hebben we de restanten van storm Debbie over ons heen gekregen (met redelijk wat overstromingen en schade in het noordelijk deel van het eiland) en de volgende dagen zijn gereserveerd om Duffy verkocht te krijgen en op souvenirjacht te gaan. We zullen ongetwijfeld ook wat tijd moeten uittrekken om de laatste drie maanden nog eens goed te overlopen, want het is allemaal zo gigantisch vlug gegaan.

Maandagochtend worden we dan verwacht in de luchthaven voor onze vlucht richting Cairns, Australië. En daarmee begint het volgende - en laatste - deel van ons avontuur.

Op dit moment voelt het nog wat wrang aan om afscheid te moeten nemen van Nieuw-Zeeland, maar na een paar dagen city-living in Auckland zullen we ongetwijfeld te popelen staan om opnieuw onderweg te zijn.



1: leg dat maar eens in Scrabble!

2: wie die avonturen nog eens wil herbeleven (of nog eens goed wil lachen met ons gesukkel): hier starten!