2016-09-02
Roll the old chariot along
Een weerbericht dat voor meer dan 3 dagen goed weer voorspelt: daar moesten we gebruik van maken. Dus we spurtten Derry uit en onze eerste kilometers langs de westkant van de baai brachten ons al snel over de grens van de republiek Ierland. Niet lang daarachter kwamen we het eerste bord tegen dat ons geruststelde dat we op de goede weg waren en dat we nu officieel de Wild Atlantic Way aan het afrijden waren.
Vanaf de eerste dag was het al duidelijk dat dit een route is die voor zowel auto, motor als fiets bestemd is - waardoor het voor de fietser soms iets minder aangenaam is. Een geïmproviseerde routewijziging bracht ons even heel dicht bij het water (en weg van de drukke baan), maar uiteindelijk kwam een strand roet in het eten gooien en moesten we onze kar keren om de laatste kilometers naar Greencastle via de weg te doen.
De volgende dag begon meteen met een pittig klimmetje dat ons wel nog een laatste blik op Noord-Ierland verschafte, aan de overkant van de baai. Aan de overkant van de Crockmore-pas ging het dan weer zo steil naar beneden dat ze zelfs de moeite niet doen om er een procent op te plakken: een visuele weergave van de helling (die volgens mij héél dicht bij de werkelijkheid ligt) was voldoende.
Die helling bracht ons naar de eerste van vele prachtige baaien die de Atlantische oceaan uitgehouwen heeft in de kust van Ierland. Jammer genoeg gaf al dat uitgehouw ons soms flashbacks naar de (in)fameuze hellingen in Cornwall. De beentjes die afzien tijdens het omhooggaan en de remblokjes die snel slijten in de afdaling. Maar ondertussen is de conditie al iets beter en na het overwinnen van diverse klimmen kwamen we aan bij het meest noordelijke puntje van Ierland: Malin Head.
Hier hebben veel Ieren hun familieleden uitgezwaaid die met de boot naar het beloofde land gingen (a.k.a the US of A). Op de grond was ook nog een keienformatie te zien die dateert van de tweede wereldoorlog. Deze moest aan overvliegende piloten duidelijk maken dat ze over Ierland vlogen - een neutraal land - en of ze dus eventjes geen fosforbommen zouden kunnen lossen.
We reden via de zuidelijke kant van de head terug en verbleven die nacht in het Sandrock Holiday Hostel. Verreweg één van de beste verblijven die we tot nu toe op de reis gehad hebben. Een hartelijke ontvangst en een prachtige locatie met een uitzicht om voor te sterven (hoewel wij ervoor kozen om er gewoon voor te ontbijten). Daarna ging de reis verder (onder een nog steeds blauwe hemel) naar Buncrana.
Voor we daar aankwamen lag er wel nog een titanenklim voor ons klaar. Van op zeehoogte (zo om en bij de 0 meter) moesten we door de Gap of Mamore, die zo om en bij de 250 meter boven zeeniveau ligt. Op zich geen probleem, ware het niet dat dat hoogteverschil in een tiental meter overwonnen moet worden (althans, zo voelde het toch aan). De (kaarsrechte) weg naar beneden was dan wel weer leuk, hoewel de fietsen de vele putjes in de weg misschien iets minder konden appreciëren aan meer dan 50 km/h.
De volgende dag begonnen we langs de route, maar het vehiculaire karakter van de weg werd ons even wat te veel en dus besloten we om de fietsen te keren en een ferry(tje) te nemen van Buncrana naar Rathmullan (waar we de Ierse economie onmiddellijk wat steunden door enkele plaatselijke drankjes te consumeren). Zo sneden we een (redelijk groot, maar saai) stuk van de route af en belandden we diezelfde avond nog in Portsalon, waar we een camping vonden met een prachtig uitzicht.
Na een winderige nachtrust (wind van de externe soort, voor alle duidelijkheid) ging de reis verder richting Fanad Head, waar blijkbaar één van de mooiste vuurtorens in Ierland en zelfs ter wereld staat. Maar zoals het meestal gaat met dat soort dingen viel het eigenlijk nogal tegen. Een mooi ding, daar niet van, maar niets meer.
Diezelfde dag was trouwens ook de verjaardag van mijn petekindje, dus konden we niet anders dan even één van de mooie zandstranden als lei te gebruiken voor een toepasselijke boodschap. Bij deze nogmaals: proficiat Jérôme! Iets later op de dag nam ik nog even de tijd om een schaap uit een benarde situatie te bevrijden (al het tweede sinds we in Ierland zijn!) alhoewel het beestje daarna nog steeds aan de verkeerde kant van de omheining stond.
Ondertussen was de wind al de hele dag harder en harder gaan aanwakkeren, waardoor we pompaf waren tegen dat we in Creeslough arriveerden. Aangezien het de dag nadien de verjaardag was van Lien besloten we om even de luxueuze toer op te gaan en boekten we een camping pod voor de nacht.
En toen was het zover: 31 augustus. De dag waarop Lien elk jaar lijkt te verjaren. Om dat te vieren besloten we om de nog steeds hard waaiende wind te trotseren en een dagje te gaan fietsen. Deze keer wel niet via de Wild Atlantic Way, maar via de Donegal Cycle Route. Deze route (waarvoor je ver mag zoeken om een GPX versie te vinden) laat de kust even voor wat het is en gaat de Ierse highlands door. Tussen het vechten met de continue kopwind door konden we van dat prachtige landschap genieten.
Maar alhoewel wij te koppig waren om toe te geven aan (en op te geven door) de helse klimmen en venijnige wind, besliste de fiets (of meer bepaald de ketting) van Lien daar even anders over. Plots blokkeerde heel het spelletje en de oorzaak was snel gevonden: een kapotte schakel die in zijn reis door de derailleur nog wat andere verbogen had. Gelukkig was de schuldige schakel snel uit de ketting gehaald en konden we de reis verderzetten.
De rest van de dag bleef gelijk: woekerende wind, temperaturen die bleven zakken en een prachtig landschap. Jammer genoeg werden we op het einde van de dag opnieuw getrakteerd op een verrassing, hoewel die weinig origineel (maar veel spectaculairder) was: dezelfde ketting brak plots in tweeën. Aangezien we op een weinig breed fietspad naast een drukke baan stonden, moest een tijdelijke fix even voldoende zijn om naar de camping te raken. Eén ding was wel duidelijk: de ketting was op het einde van z'n leven.
Die avond lukte het nog net om een camping te bereiken in Crolly, maar de dag nadien zou er niet gefietst worden. Dus diezelfde avond hebben we nog even vertoefd in de bar van de ouders van Enya om dan de dag erna een bus te nemen naar Donegal, waar we voor 2 nachten een hostel geboekt hebben. Dat gaf ons de tijd om vandaag (vrijdag) de stad in te trekken en een nieuwe ketting te gaan halen voor Lien. Maarrr: geen fietswinkels te vinden. Dus we moeten nog even verder met de (danig) ingekorte ketting en hopen dat het ding nog een dagje blijft werken.
En als het ding dan toch beslist definitief te breken zit er maar één ding op: stappen en de fiets vooruitduwen!