2017-02-27

Sunshine

Ik ga stoppen met het vermelden van kortetermijnplannen op het einde van deze blogposts, aangezien onze planning de laatste tijd sneller verandert dan dat Belgische politici hun zakken vullen met premies voor vergaderingen waar ze niet eens aanwezig zijn (is dat wat relevant? Ik probeer het Belgische nieuws te volgen, maar er zijn betere komedies te vinden).

Het raften in Murchison hebben we overgeslaan om verschillende redenen: het weer was niet dat, het was wat prijzig voor de tijd die je maar in het water (of in de boot) zat en we gaan sowieso nog eens gaan raften op het noordereiland. Vorige week maandag reden we dus in één trek door van Punakaiki naar Motueka, waar we dicht bij de start van de Abel Tasman Coast Track zaten die we de dag nadien aanvatten.

De meest populaire Great Walk loopt langs de kust van het Abel Tasman National Park en brengt je van het ene gouden strand naar het andere, met vrijwel continu zicht op het helderblauwe water van de Tasmaanse zee. Het is verre van een moeilijke of lastige wandeling, maar we werden de volle vier dagen getrakteerd op een brandende zon, waardoor het hele gedoe herleid werd tot een zweetfestijn.

De eerste dag konden we onmiddellijk al ondervinden dat het eerste deel van de track dikbezaaid was met dagjestoeristen: mensen die zich met een boot laten afzetten in één van de baaien om daarna een tweetal uurtjes te wandelen tot een volgende baai waar ze opnieuw opgepikt werden. Op zich hebben we daar geen probleem mee, maar na enkele uren hey te zeggen tegen elke passant betreurden we het feit dat we geen pocket-heimachine mee hadden om het hele proces wat te automatiseren.

Op het einde van dag één moesten we nog even de voetjes nat maken tijdens de laatste meters naar Torrent Bay, aangezien het tij al aan het opkomen was. Het was nog vroeg in de avond toen we aankwamen, dus we hadden nog tijd voor een wandeling naar het strand (waar we ons onder andere bezig hielden met het opstarten van een schelpjesverzameling!).

Dag twee was meer van hetzelfde: stralende zon en prachtige stranden. Volgens het pamfletje voor de trek (en de bordjes langs het pad) moesten we een goeie 5 uur stappen, dus bleven we wat langer liggen en vertrokken we maar tegen 10 uur 's ochtends. Desalniettemin was het toch nog maar net 13:00 uur gepasseerd toen we onze camping voor die dag al bereikten. We plaveiden ons dus neer op het strand voor een namiddagje bakken en braden (en gestoken worden door zandvliegjes).

's Avonds trotseerde Lien nog even de duisternis om een prachtige sterrenhemel vast te leggen op de gevoelige plaat. Astrofotografie is natuurlijk een discipline op zich, dus meer dan wat witte stipjes op een zwarte achtergrond is er niet te zien. Maar geloof ons: in het echt waren er talloze sterren te zien en konden we zelfs de iets drukker bevolkte band van onze eigenste melkweg zien.

De derde dag beloofde de lastigste te worden: we moesten het langst stappen en ergens middenin moesten we ook nog even wachten tot het eb was om de Awaroa Inlet te kunnen oversteken. Sowieso gingen de wandelschoenen af, maar we waren toch blij dat we nog sandalen hadden om aan te doen, aangezien we enkele stukjes over moesten die bezaaid waren met scherpe schelpjes (en klauwende krabben!).

Tijdens het wandelen werden we nog verrast door een wandelende vogel die veel meehad van een kiwi, maar achteraf hoorden we dat het een Weka was. Intelligente vogels die er om bekend staan om 's nachts tenten binnen te dringen om wat voedsel mee te pikken.

Onze laatste dag hield niet veel meer in. We stapten nog van Mutton Cove naar Separation Point, waar we een troep zeeleeuwen aan het werk konden zien - inclusief wat jongere beestjes. Een Amerikaanse toeriste kwam even in ademnood bij het zien van de schattige beestjes (Like oh em gee, I can't breathe) maar er was gelukkig niemand aanwezig die eerste hulp kon of wou toedienen.

Daarna keerden we 180 graden en stapten we terug richting Totaranui, waar de watertaxi ons kwam oppikken om ons terug te brengen naar Marahau. Aangezien het eb was, deden ze trouwens geen moeite om aan te meren: de boot vaarde recht op een trailer die getrokken werd door een tractor, waarna we via de openbare weg naar het kantoor gebracht werden.

Na een korte rit in Duffy kwamen we opnieuw aan in Motueka, waar we onszelf beloonden met wat verfrissende cider en lekkere, zelfgemaakte pizza's (zelfgemaakt door de dame met de mobiele pizza-oven, niet door ons!).

's Anderendaags vertrokken we noordwaarts voor een trip naar Farewell Spit - de dunne, met duinen bedekte landtong die het meest noordelijke punt van het zuidereiland is. Onderweg draaiden we nog even af voor een korte wandeling richting Harwoods Hole - met zijn 176 meter diepte de diepste verticale schacht in Nieuw-Zeeland.

Tijdens de rit naar het gat, passeerden we nog aan de locatie waar enkele scenes voor Lord of the Rings gefilmd werden: een stukje Gouw waar de hobbits doorploeterden en de bossen dicht bij Bree, waar Aragorn de halflingen de wildernis inloodst. Iets verder langs de weg zagen we ook nog wat het resultaat kan zijn als je even niet attent bent tijdens het rijden: een auto die (zéér recent, aangezien er nog materiaal in de wagen lag) van de weg geraakt was.

De volgende stop was bij de Waikoropupu bronnen - de grootste zoetwaterbronnen in Nieuw-Zeeland en een spirituele plek voor de Maori. Er komt per seconde zo'n 14000 liter water uit de grond omhoog.

Nog iets verder stopten we opnieuw voor een wandeling richting Wharakiki Beach. Hier zou de Amerikaanse van de dag voordien ongetwijfeld prompt doodgevallen zijn, aangezien er een hele bende jonge zeeleeuwtjes aan het spelen was in de poelen tussen de rotsen aan de waterkant.

De laatste stop van de dag was bij het begin van de Farewell Spit landtong. Het uitzicht was vooral spectaculair aangezien de Golden Bay (het water dat ingesloten wordt door, onder andere, Farewell Spit) voor een groot deel droog stond door het laagtij.

Gisteren - zondag - reden we dan het hele eind terug en verder, over Nelson (waar we nog wat gingen soldenshoppen) tot we in Havelock aankwamen. Onderweg stopten we nog kort om door de fascinerende rotsformaties in Grove Scenic Reserve te wandelen.

Vandaag was een uitrust-, plan- en blogdagje, maar ondertussen hebben we voor morgen een tour op de postboot geboekt om de Marlborough Sounds te verkennen. Daarna rijden we verder oostwaarts voor een trek naar Mount Stokes en een tweetal dagen wandelen langs de Queen Charlotte track, waarna we uiteindelijk in Picton zullen arriveren - klaar om de ferry te nemen naar het noordereiland.

Maar dat kan dus allemaal nog helemaal veranderen tegen de volgende blogpost - wie weet zitten we tegen volgende week terug op het vliegtuig richting Zuid-Amerika! Jullie zullen het dan wel horen.