2022-12-28
White wine in the sun
Inhoudstafel
Ondertussen zijn we al een weekje terug in België en de laatste week zat propvol met bezoekjes aan familie en vrienden. Gelukkig kan ik op een typisch Belgische kerstdag een paar uurtjes vrijmaken om ons Antarctisch avontuur neer te pennen. Exact drie weken geleden waren wij nog in Ushuaia en hadden we nog geen voet gezet op het zevende continent1.
Overzicht van de reis
Contextkaartje
Afgelopen week hebben we al meermaals uitvoerig verteld dat we naar Antarctica geweest zijn, maar klopt dat eigenlijk wel? De expeditiecruise die wij namen, bracht ons naar het westelijke deel van het Antarctisch schiereiland. Dus ja, we zijn zeker op Antarctica geweest. Maar als we er een kaartje bijhalen, zie je onmiddellijk dat we nog maar een heel klein deeltje van Antarctica bezocht hebben. Op de kaart hieronder zie je het volledige Antarctische continent met een rode veelhoek die aangeeft waar wij geweest zijn. Bovenaan zie je ook het zuidelijke uiteinde van Zuid-Amerika met ons vertrekpunt, Ushuaia.
't Is maar om jullie wat perspectief te geven over de grootte van Antarctica zelf. Om de rest van de blogpost te volgen (aangezien we redelijk wat heen- en weer gevaren hebben), is een gedetailleerd overzichtskaartje waarschijnlijk ook handig.
Video
Ook deze keer heeft Lien opnieuw veel werk gestoken in een filmpje van dit deel van de reis. Omdat bewegende beelden ook hier een ander (en soms beter) beeld geven dan een oplijsting van tekst en foto's, kan je er hier van genieten.
Zondag 4 december - Inschepen en start van de reis
Maar zoals ik al zei zaten we drie weken geleden nog aan wal in Ushuaia. 's Ochtends konden we onze bagage al gaan afleveren en in de namiddag mochten we onze thuis voor de komende 12 dagen betreden: de MV Ortelius. Van oorsprong een Russisch onderzoeksschip dat gekocht werd door het Nederlandse Oceanwide Expeditions in 2011 en sindsdien maximum 108 passagiers per keer meeneemt op expedities in en rond de arctische regio's (zowel in het noorden als in het zuiden).
We werden naar onze kajuit gewezen2 en na een klein akkefietje met een passagier die de verkeerde bagage had meegenomen van de luchthaven werden de trossen gelost. Terwijl het schip door het Beagle kanaal vaarde, had iedereen nog even tijd om de boot te verkennen voor het avondprogramma begon: een korte voorstelling van de crew tijdens captain's cocktails in de bar, een zeer lekker diner en een eerste reeks voorstellingen over waar we ons konden aan verwachten tijdens de reis.
De verwachting werden onmiddellijk getemperd: het expeditieseizoen was al een zevental weken aan de gang en het aantal dagen met goed weer was tot nog toe op één hand te tellen. Sara, onze expeditieleidster, was net terug van een trip waar er tijdens 8 dagen Antarctica maar één keer aan land was gegaan. Ook het aantal ongevallen op de schepen zelf was dit seizoen opvallend hoog, dus werden we meermaals gewaarschuwd voor de gevaren aan boord: geen vingers tussen (loodzware) deuren steken, best even wachten met douchen als de zee wat ruiger is en terwijl je je verplaatst altijd minstens één hand vrij hebben om je vast te kunnen houden aan een reling, wand of medepassagier. Gelukkig leek iedereen die raad ter harte te nemen, want niemand wil het natuurlijk op zijn geweten hebben dat het schip door hun toedoen vervroegd rechtsomkeer zou moeten maken.
Nog een laatste tip die we meekregen was om te overwegen een bezoekje te brengen aan de schipsdokter om wat medicatie tegen zeeziekte. In de loop van de nacht zouden we immers beginnen aan de oversteek van de Drake Passage: het stukje oceaan tussen Zuid-Amerika en de South Shetland Islands die bij Antarctica horen. Hier komen de Pacifische, Atlantische en Zuidelijke oceanen samen en maken ze er een beetje een boeltje van, met metershoge golven als gevolg. Op basis van het weerbericht werd een relatief rustige overvaart verwacht, maar voor de zekerheid gingen wij toch naar bed met een pleister achter onze oren geplakt.
Maandag 5 december - Zeemansbenen zoeken op de Drake Passage
Goed slapen was geen probleem, ook al gleden we soms wat heen en weer in ons bed. We werden gewekt door een enthousiaste Sara die ons via het intercom systeem begroette met een perfect Britse "good morning, good morning, good morning" - een ritueel dat zich dagelijks zou herhalen. Zodra we rechtstonden om ons aan te kleden en naar het ontbijt te gaan, bleek wel dat het iets moeilijker omgaan was met de onverwachte en soms hevige bewegingen van het schip als je op je twee benen staat.
Na het ontbijt werden we aangenaam verrast toen bleek dat Sinterklaas ook hier zijn ronde gedaan had, zelfs een dag te vroeg! En aangezien Oceanwide Expeditions een Nederlands bedrijf is, had de sint ook Nederlands snoepgoed meegebracht.
De rest van de voormiddag werd gebruikt om iedereen van een paar muck boots te voorzien. Waterdicht en warm schoeisel dat gebruikt zou worden bij elke landing op het continent.
De zee bleef ondertussen z'n ding doen3 en een grote helft van onze medepassagiers begonnen hun beste imitaties van een wit laken boven te halen. Ook Lien kwam even niet goed overeen met haar maag en evenwichtsorgaan, dus hield ze zich zo gedeisd en horizontaal mogelijk in haar bed.
Jammer genoeg stonden er in de namiddag wel nog wat briefings op het programma voor de verschillende activiteiten die we (hopelijk) konden doen in de komende dagen. Passagiers en kotszakjes werden tot drie maal toe verwacht in de auditoriumruimte: een vensterloze ruimte op dek 3 (redelijk laag in de boot), aan de voorkant van het schip. De zaal kreeg al heel snel de bijnaam vomitorium.
Maar iedereen hield zich zo kranig mogelijk en tegen het einde van de dag werden lijsten en groepen opgesteld om te gaan kajakken, kamperen en mountaineeren. Vooral voor dat laatste probeerden de gidsen een goed idee te krijgen van de ervaring en conditie van de kandidaten, maar ik zag hun ogen meerdere keren rollen als iemand met een overduidelijk BMI tussen de 25 en 30 beweerde dat een marathon lopen in 2,5 uur een eitje was voor hen en dat ze al urenlang in de bergen en op het ijs geklommen hadden - ook al zagen hun bergschoenen er spiksplinternieuw uit.
Ook 's avonds, net voor het eten, werd een dagelijkse traditie gestart met een recap in de bar. Deze eerste keer hadden we nog niet veel om op terug te kijken (behalve wat groengele plasjes in de wandelgangen), maar werd er vooruitgeblikt naar het weer en het programma van de volgende dag. Één van de gidsen - Bill, een rasechte Schot van 79 jaar jong waar ik een volledige post zou aan kunnen wijden - sloot af met een korte lezing, bijna bezinningsmoment, over hoe belangrijk het is om niet alleen te kijken, maar ook te zien. En als je gezien hebt, dat je dan ook moet denken over wat je gezien hebt. En kijken, zien en denken betekent ook niet veel als je daarna niets gaat doen.
Kijken, zien, denken en doen. Dat zou onze mantra worden de komende dagen.
Dinsdag 6 december - Land in zicht!
Onze tweede dag op de Drake Passage was al wat aangenamer. De zee was iets kalmer en ondertussen begonnen we er aan te wennen dat we soms in een hoek van 30 graden door een rechte gang moesten stappen. In de voormiddag trotseerden we het vomitorium nog eens voor een workshop van de fotografiegids aan boord. In zijn presentatie werden we al getrakteerd op heel wat fraaie beelden van wat er ons (hopelijk) te wachten stond en we kregen ook al wat nuttige tips mee om de Antarctische regio zo goed mogelijk vast te leggen op foto. Zo is het altijd leuk om de dieren te fotograferen als ze actief zijn (en niet gewoon liggen te liggen) en is het zeker aan te raden om iets op te nemen in de foto zodat de schaal van het landschap (de bergen, de gletsjers, de ijsbergen) duidelijk wordt: een persoon, een boot, een dier.
In de namiddag moesten we even langsgaan met de kleren die we zouden aantrekken in Antarctica om te zorgen dat die volledig proper en vrij waren van ongewenst (biologisch) materiaal. De streepjes velcro werden met de pincet behandeld en een sterke stofzuiger zorgde voor de rest. Daarna waren we vrij om de frisse buitenwind te trotseren en al wat dieren te spotten. We zagen onze eerste walvissen en meerdere soorten albatrossen die meevlogen met het schip.
Tegen het einde van de namiddag zagen we ook al meerdere keren wat pinguïns uit het water springen. We vroegen ons al af hoe ver die beestjes aan het zwemmen waren, toen we aan de horizon wat land zagen opduiken.
Net voor de recap gaf Sara nog een presentatie over pinguïns. We kregen wat uitleg over de soorten die we waarschijnlijk te zien zouden krijgen en ze verzekerde ons dat het ongetwijfeld ook onze favoriete beestjes zouden worden wanneer we ze in het echt zouden bezig zien. Tijdens de recap kregen we ook nog goed nieuws te horen: het weer voor de dag nadien zag er zeer goed uit. De belangrijkste factor voor een veilige landing is de windsnelheid en die zou de volledige dag relatief laag moeten liggen.
Woensdag 7 december - Orne Harbour, Cuverville Island en een nachtje op het ijs in Paradise Harbour
Chinstrap kolonie in Orne Harbour
Om 6 uur zouden we gewekt worden, maar Sara had ons aangeraden om al vroeger dan dat op het dek te staan om maximaal te profiteren van het mooie weer. Terwijl de Ortelius de baai bij Orne Harbour aan het binnenvaren was, zagen we voor de eerste keer hoe deze kant van het Antarctisch schiereiland er uit ziet: bergen die uit het water verrijzen en van top tot water bedekt zijn met gletsjers of paksneeuw en af en toe een loodrechte, sneeuwvrije rotswand. We konden ook voor de eerste keer het spelletje is-het-een-eiland-of-gewoon-een-gigantische-ijsberg spelen. En waar we gisteren nog enthousiast waren omdat we wat pinguïns in het water gespot hadden, bleek hier dat het water er (logischerwijs) vol mee zat.
In het water mogen ze er dan heel mooi en gracieus uitzien, op het land valt dat wat tegen. De pinguïnkolonies waren van ver te zien op de witte sneeuw door de bruin-rode kleur: de uitwerpselen van tientallen of honderden pinguïns. Blijkbaar worden satelietfoto's gebruikt om de grootte en gezondheid van de kolonies te meten aan de hand van de grootte en kleurintensiteit van die shitshows.
Net voor we naar binnen gingen om te ontbijten, konden we ook al de aanlegplaats zien waar we een uurtje later voor de eerste keer voet aan wal zouden zetten.
Na het ontbijt gingen we snel terug naar de kajuit om een paar extra lagen aan te doen en daarna was het richting de loopplank om voor een eerste keer in een zodiac plaats te nemen die ons aan land zou brengen. Na een korte bootrit en een heel voorzichtige ontscheping gespten we een paar sneeuwschoenen aan onze voeten en klommen we naar een richel boven het water, waar een kleine chinstrap pinguïnkolonie te bewonderen was. Waarom ze chinstraps genoemd worden en hoe je ze kan herkennen is overduidelijk op de foto's: het zwarte lijntje dat onder hun kin loopt lijkt op de gesp van een helm.
Gedurende de volgende twee uur konden we de beestjes bewonderen, terwijl de Ortelius op ons wachtte in de baai en er al één groep aan het kajakken was op het water, met een gigantische gletsjer als achtergrond. De chinstraps zien er - net zoals alle andere pinguïns - op het land wat klungelig uit terwijl ze heen en weer waggelen, maar ze stappen wel heel wat meters af en hoogtemeters op om van hun nesten naar het water en terug te gaan. Wel specifiek voor de chinstraps is de manier waarop mannetjes de vrouwtjes versieren: ze brengen hen steentjes, één per keer, die na goedkeuring van het vrouwtje gebruikt worden om het nest verder uit te bouwen. Alleen gaan niet alle mannetjes altijd naar de waterkant om verse steentjes, soms durven ze wel eens eentje pakken van een ander nest. Des te grappiger als ze dan terug bij hun eigen vrouwtje en nest komen en zien dat een ander mannetje hetzelfde idee had en wat bouwmateriaal meegenomen heeft.
Gentoos op Cuverville Island
Nadat iedereen opnieuw aan boord was, vaarde de Ortelius verder richting Cuverville Island. Onderweg was het opnieuw genieten van de prachtige omgeving en konden we de behendigheid en snelheid van de pinguïns bewonderen in het water.
Na de lunch maakten we ons klaar om opnieuw aan land te gaan. De gletsjers hadden hier de afgelopen dagen redelijk wat ijs verloren dus moest de Ortelius iets verder van wal blijven en hadden we dus een iets langere zodiacrit voor de boeg. Op Cuverville Island zelf waren er meerdere gigantische kolonies van Gentoo-pinguïns: een klein beetje groter dan de chinstraps, met een zwarte kop en grote, witte vlekken rond hun ogen.
Gezien de grootte van de kolonie waren er hier een pak meer uitwerpselen en bijhorende (vis)geur. Alle pinguïnsoorten eten, zoals bijna alle dieren in de zuidelijke oceaan, vooral krill - heel kleine kreeftjes die de kleur van de pinguïnpoep verklaren.
Hier zagen we ook voor de eerste keer heel duidelijk de pinguïnsnelwegen. Platgetrapte paadjes die de pinguïns van kolonie naar kolonie of naar de waterrand brengen.
Normaal gezien hadden we nu al wat eitjes moeten zien, maar door de hevige sneeuwval van de voorbije weken waren de nestjes nog niet afgewerkt en waren er dus nog niet zo veel eieren te zien. We zagen ze wel meermaals werk maken van het nageslacht: het vrouwtje ging gewillig op de buik liggen en het mannetje deed z'n ding terwijl hij op haar rug stond en probeerde z'n evenwicht te houden. Chapeau!
De eitjes die we wel konden zien, waren jammer genoeg al het slachtoffer geworden van de petrels (of reuzenstormvogels). Gigantische vogels (zoals hun naam doet vermoeden) die eerst azen op de eieren en nadien ook nog op de pasgeboren jonkies.
Ook hier had er een groep kajakkers het geluk om tussen de ijsbergen te varen met de pinguïns als achtergrond. Wij konden echter genieten van een paar avontuurlijke pinguïns die de afdaling van een helling op een leukere manier aanpakten: door al glijdend op de buik naar beneden te gaan.
Kamperen in Paradise Bay
Na het bezoek aan Cuverville Island gingen we opnieuw aan boord en hadden we voor het diner nog net de tijd om al wat te verwerken wat we gezien hadden op onze eerste dag Antarctica. Tijdens de recap kwam er echter nog opwindend nieuws: nu het weer zo goed meezat, zou een eerste groep die avond al opnieuw aan land kunnen gaan om een nachtje op het ijs door te brengen. En wij zaten al in die eerste groep!
Tijdens het avondeten hielden we ons dus wat in qua eten, maar vooral qua drinken. Het is namelijk zo dat er absoluut niets mag achtergelaten worden op het ijs. En daar vallen ook menselijke afvalstoffen onder. Voor de grote boodschappen werd er tijdens het kamperen een port-a-potty aan land gebracht, maar de gidsen smeekten ons praktisch om die alleen in uiterste noodgevallen te gebruiken - zij moesten die namelijk uitkuisen na gebruik. Voor urine was er een eenvoudiger oplossing: iedereen werd verwacht om een zogenaamde peebottle mee te nemen. Lees: een drinkfles waar je je ding in kan doen (en die je best in een oogopslag kan onderscheiden van je waterfles, om niet voor onaangename verrassingen te komen staan).
Iets na 21:00 werden we zodiac-gewijs naar een klein eilandje in Paradise Bay4 gebracht. We hadden al onze laagjes aan en in de rugzak zat, naast de peebottle, de rest van onze garderobe als reserve - als het toch te koud zou zijn. De eerste taak was om een paar vierkante meter sneeuw te ruimen zodat we een vlak stuk hadden waar we veilig konden neerliggen. Een nachtelijke tuimeling richting het ijskoude water zou niet ideaal zijn!
De tweede taak was het uitpakken van het slaapmateriaal dat de crew ons gegeven had. Twee matjes, een (heel) dikke slaapzak en een zogenaamde bivy bag - een waterdichte zak waar je je slaapzak insteekt zodat die niet nat kan worden. Je leest het goed: geen tent, het zou een nachtje in de open lucht worden!
Nadat alles uitgepakt was, restte er ons enkel nog te genieten van de prachtige omgeving. Die leek elke vijf minuten een ander karakter te krijgen door het zonlicht dat nooit volledig weg ging, maar wel andere kleuren kreeg als de zon zelf even achter de horizon verdween. Het raarste moment kwam er toen de Ortelius vertrok om iets verder in de baai de nacht door te brengen - het maakte het gevoel van alleen te zijn op de sneeuw helemaal af. Tegen iets na 23:00 dwong de dalende temperatuur ons echter om de warmte van de slaapzak op te zoeken. En zo begon onze nacht op Antarctica.
Lien had blijkbaar wat last van de kou, dus zij kon niet veel slapen, maar ikzelf had geen moeite om een vijftal uur goed te tukken, tot we rond kwart voor vijf 's ochtends gewekt werden door de gidsen en moesten beginnen opkramen. 's Nachts moest ik wel even de warmte van de slaapzak verlaten voor een sanitaire stop. De eerste keer met de peebottle durfde ik het niet aan om het al liggend in de slaapzak zelf te proberen. Het was wel even paniek toen bleek dat de fles maar net groot genoeg was, maar eind goed, al goed. Aangezien ik beide handen nodig had tijdens dit toiletavontuur, zijn er natuurlijk geen foto's van.
Donderdag 8 december - Via de Gerlache Straat naar het kanaal van Lemaire en Pleneau Island
Gerlache Straat en kanaal van Lemaire
Na de beste warme douche ooit en een goed ontbijt verdrongen we de slaap en vatten we post op het dek van de boot. De hele voormiddag zouden we zuidwaarts door de straat van Gerlache varen om uiteindelijk door het Lemairekanaal te navigeren. Dat kanaal5 heeft de bijnaam Kodak gap omdat het één van de meest gefotografeerde plekjes is in dit deel van Antarctica. We zagen ook meteen waarom: je wordt omringd door steile bergen waar gigantische gletsjers van glijden tot in het water. En in het water, gevuld met allerlei ijsbergen, konden we meermaals een paar groepen vinvissen spotten.
Kajakken rond Pleneau Island
Tegen de lunch kwam de vermoeidheid al aankloppen, maar die moesten we verdringen aangezien we die namiddag heel dicht kennis konden maken met de Antarctische wateren: het was onze beurt om te kajakken. Aangezien we met een redelijk grote groep waren, duurde het even om alle kajaks van het schip op het water te brengen. En terwijl we via zodiacs naar de startlocatie gebracht werden, moesten we ook nog even helpen om een gekapseisde kajak te redden. Wij offerden ons op om in die kajak te zitten, waardoor we aan de tocht begonnen met een nat achterwerk.
De ervaring was heel leuk, aangezien we ook even tussen wat pakijs door konden kajakken, maar we moesten natuurlijk wel de meeste dieren missen die door de andere passagiers gespot werden aan land. Gelukkig was er Juan (de fotografiegids) die een paar kiekjes kon nemen van een tweetal Adélie pinguïns (de derde soort die we zagen, herkenbaar aan hun volledig zwarte kop) en een relaxende zeeleeuw.
's Avonds gingen we iets vroeger dan normaal naar bed om wat slaap in te halen en met de kennis dat we 's anderendaags opnieuw vroeg gewekt zouden worden om een mountaineering tocht in Paradise Harbour te maken.
Vrijdag 9 december - Paradise Harbour en Neko Harbour
Mountaineeren in Paradise Harbour
Om 06:00 waren we aanwezig in de bar om een paar koffiekoeken binnen te schrokken en iets te drinken. We waren te vroeg voor het ontbijt in de eetzaal, maar wij zouden om 06:30 aan wal gaan voor een mountaineering excursie richting Conesa Point. Deze ochtend wou het weer echter niet meewerken en door slechte zichtbaarheid werd er pas om 06:25 beslist dat we konden vertrekken - aangezien de mist een beetje aan het optrekken was.
Door een pak verse sneeuwval was de landing al een avontuur op zich. We moesten trappen schoppen in de sneeuw om op een punt te komen waar we wat plaats hadden om veilig onze sneeuwschoenen aan te doen en ons vast te maken aan een touw. Daarna begon een gestage klim naar boven. We startten terwijl het nog lichtjes aan het sneeuwen was, maar gaandeweg klaarde het op en konden we genieten van het uitzicht. Aan de overkant van de baai konden we zelfs het eilandje zien waar twee nachten voordien geslapen hadden.
Fysiek was het niet de meest uitdagende tocht (toch niet voor ons, een paar van onze groepsleden hadden het wel wat lastiger), maar de omgeving zorgde ervoor dat het een unieke en aangename ervaring was.
Terug aan boord van de Ortelius ging Lien even haar bed opzoeken voor een powernap terwijl ik nog net wakker kon blijven tijdens een presentatie over de Belgische Belgica-expeditie. De IJslandse historicus Bjärni pitchte de expeditie als een perfect verhaal voor een Hollywood blockbusterfilm: een snel samengegooid team met onervaren Belgen, een expeditieleider (Adrien de Gerlache) die zo gefixeerd was op roem dat hij wat twijfelachtige beslissingen nam en een onverwacht duo - waar de gekende Roald Amundsen één deel van was - dat de leiding moest overnemen om iedereen veilig terug thuis te brengen. De geschiedenis van de expeditie die een Belgisch karakter gegeven heeft aan deze regio bleek stranger than fiction te zijn.
Zodiac cruise in Neko Harbour
In de namiddag stond een landing gepland in Neko Harbour, maar de baai leek vol te liggen met net afgekolfde ijsbergen waar de Ortelius zich niet kon tussen wagen. Het plan werd dus aangepast en alle passagiers werden verdeeld over een tiental zodiacs om een paar uurtjes op het water te cruisen, tussen en rond het ijs in de baai.
We zochten en vonden een paar zeeleeuwen en we kregen uitleg over allerhande zaken. Zo leerden we dat de kleur van het ijs bepaald wordt door de hoeveelheid zuurstof die in het ijs vast zit. Hoe meer zuurstof, hoe blauwer het ijs. Kleurloos (en dus doorzichtig) ijs dat hier ronddobbert, heeft duizenden jaren onder druk gestaan waardoor alle zuurstof eruit geperst werd.
Tijdens de zodiac cruise zetten we ook de fotografietip van Juan in: probeer zeker de zodiacs te vinden in een paar van de volgende foto's die je een indicatie geven van hoe groot de ijsbergen wel niet zijn!
Nu we wat slaap ingehaald hadden, konden we 's avonds nog een eind op het dek vertoeven om te genieten van de omgeving in het continu veranderende avondlicht. Het was al elf uur gepasseerd toen we onszelf dwongen om opnieuw te gaan slapen.
Zaterdag 10 december - Orne Island en Danco Island
Landing op Orne Island
Zaterdagochtend bleef het goede weer aanhouden en konden we dus zonder problemen opnieuw aan wal gaan om een paar Gentoo-kolonies te gaan bekijken. We hadden alweer geluk om een eenzame Adéliepinguïn te zien en in de verte nog een zeeleeuw te spotten.
Na een paar uurtjes genieten, werden we plots heel snel teruggeroepen naar de landingssite. Er was een beetje wind opgekomen en die was een heleboel pakijs richting het eiland aan het brengen, wat betekende dat de zodiacs bijna niet meer aan wal konden raken. Gelukkig kon iedereen nog net op tijd van het eiland gehaald worden. Terug aan boord van de Ortelius konden we net voor de lunch nog een paar vinvissen spotten.
Danco Island
In de namiddag konden we opnieuw aan wal gaan, deze keer op Danco Island. Het was een korte, steile klim richting een paar kolonies maar nadien konden we wel even neerzitten op het steenstrand. Op de sneeuw zelf mochten we nooit knielen of zitten om het risico op het overbrengen van de vogelgriep zo veel mogelijk te beperken. Tijdens onze rustpauze op het strand konden we zien dat de dieren hier echt geen schrik hebben voor ons, dankzij het gebrek aan roofdieren (op het land, dan toch).
Zondag 11 december - Damoy Point en Flanders Bay
Damoy Point
Ook zondag konden we rekenen op prachtig weer, dus was een landing op Damoy Point geen probleem. Prachtige uitzichten en tientallen pinguïns waren we ondertussen al gewend, maar hier konden we ook even binnengaan in een Britse expeditiehut die niet meer actief gebruikt wordt, maar ingericht is als een soort levend museum. We moesten wel een koppel vogels de hut uit jagen en terwijl wij even binnen gingen, bleven ze ons aan het raam in de gaten houden.
Zodiac cruise in Flanders Bay
In de namiddag legde de Ortelius aan in Flanders Bay en gingen de zodiacs opnieuw te water om in deze baai te cruisen. Één zodiac werd ingepalmd door enkele leden van de crew om een deel van de baai in kaart te brengen, aangezien de baai nog niet volledig in kaart gebracht is. Met behulp van een sonar meten ze op verschillende punten hoe diep het water is en zo kan een kaart gemaakt worden die bruikbaar is door grotere schepen om te weten waar het veilig is om te varen.
Tijdens de cruise konden we (opnieuw) een paar prachtige ijsbergen en -formaties zien en ook meerdere zeeleeuwen. Eentje was een zeeluipaard, de meest geduchte jagers van het Antarctische continent (naast de orka's, natuurlijk).
Maandag 12 december - Foyn Harbour en Portal Point
Zodiac cruise door Foyn Harbour
Maandagmorgen werden we opnieuw in de zodiacs geladen voor een cruise rond Foyn Harbour. Voor de tweede keer deze reis startte de dag bewolkt, maar deze keer bleven de wolken aanwezig, wat er voor zorgde dat het redelijk fris was op het water. Maar we konden de koude verbijten om toch te genieten van ijsformaties, het wrak van een oude walvisboot en een paar zeehonden.
Portal Point
In de namiddag konden we een laatste keer aan wal gaan op een met sneeuw bedekt Antarctica. De pinguïnkolonie die normaal gezien op Portal Point aanwezig is, was er deze zomer jammer genoeg niet te zien. Dat baarde Sara wat zorgen, maar betekende wel dat wij eens op de sneeuw konden neerzitten en genieten van de geluiden en zichten rondom ons. Dat de zon opnieuw van de partij was en het allemaal aangenaam warm maakte, was een extra bonus.
Na een korte wandeling kozen wij er voor om neer te zitten met zicht op een baaitje waarin een paar zeehonden aan het zonnen waren. Het duurde even voor alle luidruchtige Amerikanen, Russen en Spanjaarden weg waren, maar eens dat gebeurd was, konden we in volkomen Antarctische stilte genieten. En Antarctische stilte, dat is het continue gekraak van ijs, het periodieke pinguïngeroep in de verte en zelfs de ademhaling kunnen horen van de zeehonden die op enkele tientallen meters van ons lagen.
's Avonds begon de Ortelius noordwaarts te varen richting de South Shetland Islands die iets verder van het Antarctisch schiereiland liggen. We bleven dus opnieuw zo lang mogelijk op het dek om de besneeuwde toppen van het schiereiland zo lang mogelijk te kunnen zien. Het aantal walvissen die we gespot hebben konden we niet meer op beide handen tellen.
Dinsdag 13 december - Deception Island en Half Moon Island
Deception Island
Dinsdagochtend stond zowat iedereen voor het ontbijt op het dek van de Ortelius. We vaarden namelijk door Neptune's Bellows: de nauwe doorgang die de boot middenin de caldera van een actieve vulkaan zou brengen. Een vulkaan die er uitziet als een gewoon eiland, dus je kan al begrijpen waarom het de naam Deception Island gekregen heeft.
Tot eind de jaren '60 was het eiland (en de bijhorende baai) de uitvalsbasis van walvisvaarders. Maar in 1969 zorgde een vulkaanuitbarsting voor een gigantische modderstroom die de meeste gebouwen wegvaagde. De gebouwen die de ramp overleefden werden achtergelaten en zijn nu nog steeds te zien, naast de vele walvisbotten die herinneren aan de tijd dat de dieren hier verwerkt werden.
Half Moon Island
Onderweg naar de laatste landing van de reis, kwamen we nog een gigantische groep orka's tegen die we even volgden met de boot. Daarna heisten we ons voor de laatste keer in onze laagjes en reddingsvest om met de zodiac te landen op Half Moon Island. Een klein, rotsachtig eilandje dat, logischerwijs, de vorm van een halve maan had.
Het voelde een beetje wrang aan, aangezien er geen sneeuw te zien was, maar vooral veel pinguïnkarkassen. Ook aan gebroken pinguïneieren geen gebrek. Gelukkig was er een kleine kolonie op een heuvelrug waar er voor de eerste keer deze trip meerdere pinguïns op eieren aan het broeden waren.
Woensdag 14 en donderdag 15 december - Terug door de Drake Passage
De volgende twee dagen vaarden we terug naar Ushuaia, via de Drake Passage. De geschiedenis herhaalde zich en meer dan de helft van de passagiers had last van zeeziekte, waaronder Lien. De vele lezingen die nog te volgen waren, hadden dus soms niet al te veel publiek.
Tijdens de tweede dag van de overvaart was er wel even wat opwinding op het schip toen opnieuw een paar orka's gespot werden in het woelige water. Slechts één iemand slaagde er in om duidelijke foto's te nemen, maar toen Sara die bekeek, sprong ze een gat in de lucht. Blijkbaar waren het Type D orka's, het meest zeldzame ecotype van de dieren, die sinds 1955 nog maar een paar keer waargenomen zijn.
Vrijdag 16 december en verder - Ontschepen en de terugreis aanvatten
Donderdagnacht kwamen we via het Beagle kanaal al aan bij Ushuaia. Vrijdagochtend werden we, na een laatste ontbijt aan boord, naar de plaatselijke luchthaven gebracht. Daar zouden we een volledige dag moeten wachten op onze vlucht naar Buenos Aires, maar gelukkig konden we voor een kleine meerkost nog de twee laatste plaatsen bemachtigen op een vroegere vlucht.
Daarna volgde voor ons een terugreis van om en bij de twee dagen: van Ushuaia naar Buenos Aires en daarna via Madrid tot in Brussel. In Madrid was het nog even spannend toen onze bagage maar niet kwam en onze vlucht naar Brussel, met een andere maatschappij, een uurtje later al zou vertrekken.
Maar zo zijn we wervelwindgewijs toch thuisgekomen op zondagmiddag. En sindsdien is de wervelwind niet gaan liggen. Zondagnamiddag tekenden we nog present voor de opnames van een kertsfilmpje met de fanfare van Kachtem (het resultaat kan je hier bekijken) en de dagen nadien waren gevuld met bezoekjes aan vrienden en familie.
Dat het druk geweest is, kan ik ook zien aan deze blogpost. Die ging ik normaal
donderdag 22 december schrijven, maar uiteindelijk ben ik er maar op zaterdag
aan gestart en ondertussen is het al weer zondag dinsdag woensdag. Wij
kijken dus stiekem alweer uit naar het volgende deel van onze reis: 4 januari
vliegen we richting Costa Rica, waar we het hopelijk wat rustiger aan kunnen
doen. :)
Maar we zijn natuurlijk ook graag terug thuis en vinden het zalig om iedereen (in de mate van het mogelijke) eens terug te zien. Ondertussen is mijn inspiratievat opnieuw uitgeput en kan ik er enkel nog maar aan denken om jullie prettige feestdagen toe te wensen. Een volgende blogpost kan je hier binnen een paar weken verwachten!
-
mensen die het er niet mee eens zijn dat er zeven continenten zijn: gelieve de discussie verder te voeren op de bijhorende Wikipediapagina ↩
-
nummer 517, perfect gelegen tussen de bar op dek 6 en de eetzaal op dek 4 ↩
-
op de brug hoorde ik de kapitein zeggen dat we met golven tot zes meter hoog te maken hadden. En dat was blijkbaar nog relatief kalm voor de Drake Passage ↩
-
het Lemairekanaal is vernoemd naar Charles Lemaire - een Belgische ontdekkingsreiziger die vooral in Congo actief was ↩